Lange tijd vond ik mijzelf niet handig. Dat begon al heel jong toen ik, opgroeiend in een boerenfamilie vol mannen met “handige handjes”, andere interesses bleek te hebben. Als dromerig en fantasierijk kind verzon ik al schommelend of rijdend op de skelter liever verhalen. Daar waar mijn broer, neven en buurjongens met gereedschap erop uittrokken om hutten te bouwen, maakte ik in mijn hoofd complete boeken en films. Al snel kleefde aan mij het imago van “de intellectueel”; iemand die stil, belezen maar in elk geval niet handig was. Die boodschap heeft zich jarenlang herhaald en werd – ook voor mij – de waarheid, een overtuiging.
Als student op kamers kon ik niet langer automatisch meeliften op de handigheid van anderen om mij heen. Hoewel mijn vader altijd klaarstond om te helpen, maakten afstand en tijd dat ik af en toe toch echt zélf in actie moest komen. Een lekke fietsband of een op hol geslagen rookmelder verdroegen nou eenmaal geen uitstel. Dit gold ook toen ik na mijn studie met grotere “problemen” te maken kreeg, zoals een auto met een klapband, een verstopte vaatwasser of een nieuwe lamp die nog opgehangen moest worden. Mijn vaste reactie was dan: “Ik ben niet handig. Ik kan dit niet.” Klusjesmannen en fietsenmakers hebben dan ook een tijdlang goed aan mij verdiend.
Maar het uit handen geven van klussen zorgde zelden voor tevredenheid: steeds vaker overheerste er schaamte. Ik moest dit zelf kunnen. Het was toch echt niet mannelijk om alles maar uit handen te geven? Ik wist niet beter of de mannen om mij heen konden dit zelf. En ook in de maatschappij leek de handige, zelfredzame man steevast de meeste waardering te krijgen. Ik voelde me steeds ongemakkelijker en kreeg last van stress als ik een andere man om hulp moest vragen. Het ging al lang niet meer om de klusjes – die waren in basis vaak onbeduidend – het ging om de achterliggende overtuiging. Ik vond mijzelf minder mans.
Pas nadat ik de dertig al lang gepasseerd was, heb ik de handvatten gevonden om succesvol met deze belemmerende overtuiging af te rekenen. Eens te meer bleken rust en verstilling cruciaal te zijn om oude patronen te doorbreken. Daar waar stress en ongemak ontstaan vanwege een negatieve overtuiging helpt het niet om telkens te door te hollen naar de snelle oplossing en het echte probleem, de overtuiging, uit de weg te gaan. Wat wel helpt is alles uit je handen laten vallen, de angst aankijken, hem te omarmen en te observeren. Hierna kunnen ontspanning en zelfvertrouwen ontstaan om te onderzoeken of de overtuiging die je dwars zit wel juist is (spoiler alert: in 99,9% van de gevallen niet).
Toen ik recent voor het eerst met mijn kinderen én gereedschap een hut van pallets had gebouwd, was voor mij duidelijk dat de overtuiging uit mijn jeugd nu écht verleden tijd is. Ik ben niet meer of minder mans dan anderen, Tegenwoordig draai ik mijn hand niet meer om voor klusjes op en rond het erf van De Wildeman. Op een hobbyboerderij is ook altijd wel wat te doen. Zo repareerde ik het hek rond onze geitenweide, de afrastering van de paarden en ik bouwde een kippenren. En mocht het mijzelf toch niet lukken, dan ben ik mild voor mijzelf en schakel ik zonder schaamte een hulplijn in.
Heb jij ook overtuigingen die je dwars zitten en waar je graag mee wilt afrekenen, zodat je speelser en ongecompliceerder door het leven kan? De Wildeman helpt je graag op weg met inspirerende activiteiten. Zoals de kickstart in de Drentse natuur die jou de tools geeft om te ontprikkelen, te verstillen en op te laden zodat je de kracht en de ruimte voelt om met je negatieve overtuiging af te rekenen. Of de maandelijkse mannencirkel, waarin thema’s als “echte” mannelijkheid en onzekerheid daarover volop aandacht mogen krijgen.